De website die u bezoekt is momenteel nog in aanbouw en nog maar gedeeltelijk gepubliceerd door Look4Nature

Het Wilde Westen (maar dan in de Ardennen)

Gepubliceerd op 20 september 2021 om 22:17

De hertenbronst


Het is midden september en de herfst is ondertussen het land in. Dat wil zeggen: bronsttijd! Mannelijke edelherten maken zich klaar om te gaan paren en de vrouwelijke herten - ook wel de hinden genoemd - worden gedurende deze tijd van het jaar vruchtbaar. Een absoluut natuurfenomeen die tal van natuurliefhebbers doet wijken naar locaties waar ze de paringsrituelen van het edelhert kunnen aanschouwen. 

De bronsttijd van het hert loopt ongeveer van midden september tot midden oktober, al kan die periode wel iets variëren qua tijd en locatie. Op de ene plek beginnen herten vroeger bronstig te worden, op andere plekken weer iets later. Een vaste voorwaarde voor bronstactiviteit zijn koude nachten. Dat de voortplanting nu van start gaat is niet toevallig. Als de vrouwtjes nu drachtig geraken, wordt hun kalf ter wereld gezet rond mei/juni in het daaropvolgend jaar. Op die moment van het jaar hebben de kalveren de beste overlevingskansen.

Het is tijdens deze periode dat je de hoogste trefkans hebt om een glimp op te vangen van de meest imposantste geweidragers. De mannetjes wagen zich immers al in de vroege en de late uurtjes van de dag op het veld. Hun aandacht gaat uit naar slechts één ding: vrouwtjes! Ze zijn bijgevolg een stuk minder gefocust op wat er zich in de nabije omgeving afspeelt. Een buitenkansje dus om onopgemerkt de herten te kunnen bekijken. 

Tijdens de bronst veranderd het uiterlijk van het mannelijk dier als gevolg van in het rond gierende hormonen. Zijn keelzak vergroot en zijn haren rond de hals - de bronstmanen - gaan sneller beginnen te groeien. Om de hinden te imponeren slaat hij geregeld met zijn gewei tegen kleine boompjes en haalt hij zijn gewei door de bodembedekking. Wat ook typerend is, is dat het mannetje op zijn buik urineert en meermaals modderbaden neemt zodat vrouwtjes zijn aanwezigheid zeker niet zullen mislopen. 

Een mannelijk edelhert in bronststemming. Zijn ruwe manen zijn reeds zichtbaar. Deze 13-ender (aantal takken op beide stangen) kwam ik vorig jaar tegen ergens diep in de Ardennen. - © Look4Nature

Waar de bronst zal doorgaan, hangt af van de vrouwtjes. De hinden begeven zich naar de plaatsen waar er een hoog voedselaanbod is. Mannelijke herten kunnen op hun beurt de rijpe hinden al van tientallen kilometers ver opsporen. Eens het hert een bevruchtingsklare hinde te lijf loopt, zal het mannetje met zijn geburl het vrouwtje proberen te imponeren. Op dat geluid kunnen andere mannetjes afkomen om zich bijgevolg mee te verwikkelen in het feestje. Als grote mannetjes voor dezelfde groep vallen ontstaat er een concurrentiestrijd. Meestal gaat het lokale mannetje de indringer overweldigen met zijn gebrul: hem goed laten horen dat hij niet met hem moet stoeien. Denkt de indringer het lokale hert toch te kunnen overtreffen dan kan de concurrentiestrijd uitdraaien op stevige knokpartijen waarbij de herten elkaars geweien tegen elkaar drukken en een gevecht aangaan. Het sterkste mannetje wint en mag vervolgens parkeren, de verliezer moet afdruipen en zijn geluk elders gaan zoeken. In sommige gevallen kunnen de vechtpartijen zelfs leiden tot de dood. De stangen van het gewei zijn immers scherper dan messen wanneer een hert van 200-300 kilo met zijn volle gewicht zijn gewei in je lichaam (door)boort.

Het kan gebeuren dat, als je te goed verstopt zit, mannetjesdieren je als een potentiële geslachtspartner kunnen aanzien. In dat geval moet je verstandig genoeg zijn om gepast op zulke reacties te kunnen reageren. Het gewei van het mannetje kan extreem gevaarlijk en dodelijk zijn. Het zou niet de eerste keer zijn dat er mensen sterven als gevolg van een hertengewei. Plots en zo maar uit het niets kan het gebeuren dat wanneer jij daar lekker rustig en goed beschut tussen de beplanting zit, een stevige geweidrager per toeval dichterbij komt en zich bedenkt om actief toenadering te zoeken tot die rare klik-geluidjes van je camera. Wel, je hart zal per direct tientallen malen sneller gaan kloppen dan... :)

Maar goed. Zoals elk jaar staat deze periode alles in het teken van de bronst. Ook dit jaar weer! Ik zet mijn zinnen op een streek in de Ardennen waar nog heel wat grote herten zitten en waar het nog een échte uitdaging vormt om ze te vinden, laat staan goed en lang te kunnen bekijken. In de uitgestrekte bossen begin ik aan een zoektocht naar open stukjes met een redelijk lage vegetatiegroei. Omdat ik elk jaar naar de zelfde streek trek, begin je na een tijdje te merken waar de hotspots van het wild gelegen zijn. Een kleine week lang rinkelde de wekker al van heel vroeg en zat ik klaar in het bos met de hoop om dan eindelijk eens een hertenbronst te mogen aanschouwen. Hopelijk is het er dit jaar boenk op, maar dan ook écht BOENK op!

Donderdagochtend

Buiten deze ochtend gerekend dan... Mijn wolvenverslaving is helaas iets te groot dus verkoos ik deze ochtend om toch nog eerst een poging te wagen om wolven te zien in Limburg. Tevergeefs weliswaar. De wolven lieten zich niet zien maar de sporen die ze achter lieten, spraken boekdelen. Minstens drie wolven passeerde de plek maximum enkele uren voor ik op post stond. Dat was easy peasy uit te maken omwille van het reliëf van het spoor in combinatie met de grondstructuur die moment als gevolg van de nattere weersomstandigheden. 

In het spoor van drie wolven - © Look4Nature

Na een halfuurtje van concentratie, gleed mijn aandacht in een mum van tijd volledig weg. Ik staakte de zoekpoging en besloot om de grond af te speuren die  rijkelijk gevuld was met prachtige wolvenpoten. Persoonlijk vind ik wolvensporen zoeken of bekijken zelfs stukken fascinerender dan effectief wolven zoeken of bekijken. Waarom? Bij elke duidelijke voetprent die je kan vinden, besef je dat daar gewoon een wolf gelopen heeft. Gewoon een wolf??? Je staat gewoon naast een wolvenspoor??? Hoe zot is het dat je vandaag de dag in Vlaanderen wolvensporen kan vinden?

Een spoor volgen blijft gewoonweg mysterieus: naar waar gaat ie? Misschien kom je nog wel een wolvendrol tegen? Vanuit het spoor kan je het typische gedrag van wolf aflezen en dat maakt het zo indrukwekkend. Een wolf zien voed je enthousiasme gigantisch hard gedurende de eerste minuten dat je hem ziet maar zijn sporen kunnen volgen is ronduit fascinerend en daar blijft de adrenaline maar je lichaam instromen totdat de sporen niet meer zo mooi in de grond afgedrukt staan. 

Allemaal wolvenprenten van deze ochtend. Zotjes toch? (klikken om te vergroten) - © Look4Nature

Langsheen de zandwegen viel het op dat er een heel aantal atalanta's lagen te zonnen. Opzich niet zo speciaal maar het aantal vlinders viel best wel op. En terwijl ik enkele sporen met de slechte camera van mijn GSM in beeld aan het brengen was zag ik plots een afwijkend iets in een voetprent zitten. Het was een blonde streep dat mijn oog meteen deed aantrekken. Het was een zeldzaam rugstreeppadje IN een wolvenspoor! Als dat geen toeval is? 😁

Zonnende atalanta - © Look4Nature

Toen de aandacht terug was, was het eigenlijk al iets te laat om nog post te vatten voor de effectieve wolf. Het werd dus vertrekken naar de Ardennen. Maar eerst toch nog eens het bosje doorlopen terug richting de auto. Je weet maar nooit: wie weet ligt daar zomaar een wolvenkill of iets anders. Geen wolvenkills gevonden, uiteraard... Langs de rand van dat bosje stonden nog enkele alleenstaande berkenbomen. Op verschillende bomen daarvan zaten een hele boel verschillende vlinders en vliegen. Ook deze keer weer om hun lichaampjes op te warmen met de eerste - en ondertussen toch al best warme - zonnestralen. 

Een van die vlinders die zich op de stammen aan het opwarmen waren, was de algemene gehakkelde aurelia (foto links). Die vlinder heeft z'n naam te danken aan zijn kenmerkende gekartelde vleugelranden. Als de vlinder met zijn vleugels gesloten zit te rusten tussen verdorde bladeren, zorgen de gekartelde vleugels dat de dagvlinder bijna helemaal niet afsteekt van de achtergrondkleur. Een goeie camouflage dus!

Jonge rugstreeppad in wolvenspoor - © Look4Nature

Gehakkelde aurelia op een berkenstam - © Look4Nature

Allé op! En nu naar de Ardeense oorden!

Donderdagavond

Eindelijk weer een keertje in de Ardennen! Zalig om weer even op adem te komen in de uitgestrekte bossen hier in de Semoisvallei. Ik ben nog maar aan het uitladen of ik hoorde vanuit de tuin van de geburen een goudvink roepen. Al meteen een typisch vogelsoort die hier al bij al redelijk talrijk voorkomt. Eerder dit jaar (en in putteke winter) had ik niet ver van hier net na een hevige sneeuwval nog een groepje van ongeveer 16 goudvinken midden in het centrum van een klein, ontoeristisch dorpje. Wellicht kwam ze daar toen af op vogelvoer van de bewoners zelf. Dat zal op de locatie waar ik nu zit niet anders zijn. Na de positie van de zingende goudvink te hebben gelokaliseerd, had ik een zichtwaarneming van twee mannetjes. Ik had de mogelijkheid enkele foto's te nemen maar die heb ik later tijdens het sorteren ervan per ongeluk verwijderd... In de regio waar ik woon - de Rupelstreek - komen deze vinkachtigen niet voor. Enkel tijdens de migratie durven er wel eens een paar over te vliegen. Al meteen een leuke soort om te zien dus 🙃

De goudvinken waren nog maar net gevlogen of plots land er een boomklever op de grond slechts enkele meters van mij. Die soort zie je niet vaak op de grond maar kleven, zoals de naam al verklapt, voornamelijk aan bomen. Van boven naar beneden, van links naar rechts. Echte acrobaten die boomklevers! In tegenstelling tot - de bijna naamgenoot - de boomkruiper, kunnen boomklevers zich over de gehele boom verplaatsen in alle mogelijke richtingen, terwijl de boomkruiper enkel van beneden naar boven kruipt, weer naar de onderstam van een andere boom vliegt en opnieuw een voedseltocht naar boven aflegt. Saaaai.

Tegen de vroege vooravond vertrek ik naar de eerste bronstspot waar ik het meeste verwacht. Daar stond ik vorig jaar ook en waren minstens drie herten aan het burlen. Toen was het helaas al te donker om nog iets te zien. Voor ik mijn spot bereik (een soort groene brandgang diep in een gemengd bos) moet ik nog eerst een kilometer of twee wandelen. De 'groene weg' brengt je telkens verder en verder van de autobaan en de kans om iets tegen te komen stijgt. 

De "groene weg" - © Look4Nature

De "groene weg" - © Look4Nature

Op deze weg vonden we vorig jaar trouwens ook met zekerheid een wolvendrol. Je weet dus maar nooit wat er plots voor je zou kunnen staan. En over dat gesproken: een eerste hinde stond al op de gang maar rende al snel weer een dennenbos in. Jammer, maar die zullen we ongetwijfeld nog wel tegenkomen. 

Eens op de spot stellen we ons meteen gecamoufleerd op in de achtergrond. Nu moeten we nog minstens twee uur wachten tot het ongeveer de tijd is dat het wild de dekking uit kruipt. Wachten moet niet meteen een probleem zijn trouwens. Er is altijd wel iets waar je nog mee kan bezig zijn. In mijn geval is dat meestal mijn smartphone, maar dat is eigenlijk een foute keuze. Je vertoeft immers al op een plek waar je genoeg kan meemaken. Alsof je in een of andere natuurdocumentaire zit. Het kan altijd zijn dat er al een vos, hert, lynx, wolf of goudjakhals passeert 😋 En als er momenteel niet veel te zien valt, kan je er altijd een wedstrijdje in jezelf van maken om zoveel mogelijk vogelgeluiden op te vangen. Meermaals riep er al zwarte specht, weerklonk het mysterieuze geluid van de raaf en hoorden we roffelende grote bonte spechten. Hier en daar foerageerde er grote lijsters op de 'brandgang' waar we zicht op hadden maar zodra ze in het gras zitten heb je daar geen zicht meer op. En als het die vogels niet waren, waren het de zwarte mezen die eens kwamen piepen.

De gang waar we op kijken wanneer de zon al flink aan het dalen is - © Look4Nature

Geleidelijk aan kwam de avond dichter en dichter. Plots zie ik in de verte een kleine zwarte schim opduiken langs de linkerkant van de gang. Everzwijn! Elke keer opnieuw is het geweldig om er te zien. Het bleef er ook niet bij een... De eerste waagde zich in het openbaar en al gauw volgde er nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. En nog een. 

De tel kwijt? Ik zal het even simpeler zeggen: een familie van twintig everzwijnen - of ook wel een rotte genoemd - staken de groene gang over. Zowel volwassen dieren als nog een heleboel biggen van dit jaar. Zonder te wroeten in de grond of de omgeving af te scannen. Gewoon over. Leuk momentje! Vaak lopen wilde zwijnen mee met herten of blijven ze in de geburen van herten. Het geeft dus al een gevoel van 'zo meteen gaan we hier herten zien mannekes!'.

Zes van de twintig everzwijnen die de gang overstaken - © Look4Nature

En nog geen drie minuten nadat de wilde zwijnen verdwenen waren stond er inderdaad een hert op de gang. Geen groot hert maar het mocht er wel zijn. Als dit mannetje in een bronst terecht komt is het sowieso al een afvaller. Hij moet de leidende mannetjes nog maar zien, of hij zal al afzakken naar elders. Geen schijn van kans en daarom staat ie hier ook maar alleen, alhoewel de jonge mannelijke herten wel vaak samen groeperen. 't Beest kwam redelijk laat buiten.

Het werd donker en besloten de plek al achter ons te laten voor deze avond. Dieren die de gang nog komen opzoeken gaan we toch niet meer zien. Als we nog blijven om het jong hert te bekijken, lopen we meer risico de beestenboel te verstoren en dat is niet de bedoeling natuurlijk.

Het jonge hert waar we toch tientallen minuten naar hebben kunnen kijken! - © Look4Nature

Eens we zo goed als terug bij de auto waren, deed ik nog een poging om zelf een burlend hert na te doen. Iets wat me eigenlijk nog best afging trouwens... De beesten die op dat moment eventueel nog op onze spot zouden staan, zouden ons zeker niet meer gehoord hebben. Dat was daarvoor een stuk te ver. Het was niet echt de bedoeling om iets te lokken of een of andere respons te krijgen, het was meer als 'oefening'. Omdat we hier vorig jaar een wolvendrol vonden, waagde ik me ook maar eens aan een wolvenhuil. Na die pogingen wandel ik de bocht om richting de auto. En wat zie ik? Mensen die achter de bocht stil stonden en aan het kijken waren in mijn richting. Ik kan je het volgende garanderen: gênant 😃 Die zullen ook gedacht hebben wat gebeurd er daar allemaal... Gelukkig was het ondertussen donker en konden ze onmogelijk nog een gezicht zien.

Vrijdagochtend

Deze ochtend verkozen we een plekje waar we eerdere jaren ook al enkele pogingen waagde. Vorig jaar hadden we op deze plek problemen met een Fransman die het niet kon hebben dat Belgen in het Franse gedeelte hertenbronst kwam kijken. Die plek moesten we dus wel noodgedwongen links laten liggen maar dit jaar was die Fransman nergens te bespeuren dus waarom niet dan.

Vanuit onze positie hebben we zicht op een jonge aanplanting van dennenbomen, gescheiden door een gang waar jachtkansels staan voor drukjachten. Herten zitten er zeker en de gang zou een geschikte bronstplaats kunnen zijn, daar staan namelijk geregeld hinden te grazen. Deze ochtend was louter een prospectie om te zien of er daadwerkelijk iets van activiteit was. 

Spitsherten - © Look4Nature

Twee spitsherten die tussen de varens aan het grazen zijn - © Look4Nature

Na een beetje wachten doken er twee spitsherten uit de begroeiing. Spitsherten - onder jagers ook wel daguets genoemd - zijn jonge mannetjes waarvan het gewei slechts één tak is en dus eigenlijk een 'spies' vormt. Sommige herten hebben lange takken en andere korte. Uitgaande van deze eerste geweifase kan je nog niet uitmaken tot welke grootte het gewei zich zal ontwikkelen het jaar daarop. Vanaf het jaar daarna zal het gewei al wel meerdere vertakkingen hebben. Het kan zo maar zijn dat het hert hiernaast op de foto in 2022 een gewei heeft met zowel links als rechts 5 nieuwe takken. Stel dat gebeurd, dan spreken we van een 10-ender. 

Het spitsgewei van een jong hertenmannetje - © Look4Nature

De ochtend was buiten de twee spitsers niet bepaald vruchtbaar. Na de twee jonge herten verdwenen besloten we een ommetje te maken langs de kanten van de spot om te zien of er iets van sporen te vinden zijn die duiden op veel hertenactiviteit. Op een pad dat door de lage dennenboompjes loopt hielden we even een stop om belangrijke puntjes aan te halen en meningen te verwisselen over of dat er al dan niet bronstactiviteit zou zijn. Terwijl we even een stilte moment hielden en de spot aan het bekijken waren, liepen er plots enkele zwijnen een 20-tal meter voorbij zonder dat ze ons door hadden. Ze zaten er nog want je hoorde ze knorren. Hier en daar maakten ze eens ruzie, wellicht omdat de ene sneller met een of andere plantenwortel aan de haal ging dan de andere. We hadden zelf geen zicht op de dieren maar ze kwamen wel duidelijk onze kant op gefoerageerd. Op een tiental meter stak een zwijn ons terug voorbij, vlak naast een jachtkansel waar ik vijf minuten eerder nog op zat 🙄 De varens bewogen in alle richtingen maar ook nu zagen we er geen. Ondanks we muisstil waren, hadden ze ons door en waren ze weg. Waarschijnlijk de schuld van mensengeur...

Vrijdagavond

Om zeker te zijn dat de "sombere" ochtend geen toeval was, hebben we deze avond onze zinnen gezet op dezelfde spot als deze ochtend. om 16 uur komen we aan op onze spot, ruimschoots op tijd. Zoals ik eerder al zei, zijn de eerste uurtjes redelijk saai en zit ik meestal op mijn GSM om de tijd te doden. En ja...daardoor miste ik toch wel een hert dat op een 25-tal meter de gang over liep... Gelukkig was de'n tweede man, David, er wel bij en is het hert toch niet helemaal onzichtbaar kunnen passeren. Rond 18 uur hoorden we in de verte van de linkerkant een hert burlen. We probeerden in te schatten vanwaar het geluid kwam om eventueel de dag daarna langs die heuvel te zoeken of er ergens een open plek was. 

Op onze spot was geen activiteit. Naarmate de avond, kwam wel een hinde met haar kalf nog op de gang staan. Ze waren er dus wel maar echte activiteit ontbrak. We besloten de avond te staken.

Na het avondeten kriebelde het echter nog te hard om toch nog even een rondritje met de auto te maken in het bos. Warm aangekleed en gewapend met een sterke zaklamp rijden we op traag tempo door het bos. Doel? Zien wat er 's nachts de baan overloopt. Hier en daar eens parkeren en onder het toekijkend oog van de maan luisteren of we nog ergens luidkeelse herten horen. We weten dat er langs de hoofdbaan altijd heel veel bronstactiviteit is. Alhoewel het dus eigenlijk niet moeilijk is om een actieve bronst te bekijken, wordt het ons wel moeilijk gemaakt. Alle paden die leiden naar de hotspot van roepende herten worden geblokkeerd door jagers. En ook echt alle avonden. Opzich kan ik dat nog relativeren want zo wordt de boel niet verstoord maar jammer is het wel natuurlijk... Ook frustrerend te weten dat iemand die niet gewettigd is om je tegen te houden, dat wel doet.

Jonge vos - © Look4Nature

De jonge vos die nog kennis moet maken met gevaar - © Look4Nature

Maar ja, uiteindelijk heeft onze nachtelijke rondrit toch nog twee reeën, negen herten en een mooie jonge vos opgeleverd. Die laatste liep over de baan en bleef nog enkele seconden naast de auto in de berm staan. Ik zag een fotokans, zonder nadenken of kijken klik ik op goed gevoel enkele foto's. Als je op die enkele seconden eerst je camera nog naar je oog moet brengen, scherp stellen en zoeken, is die vos al lang weg. Wat de foto uiteindelijk toch nog bijzonder maakt voor mij is de maan die op de achtergrond door de bomen te zien is. En voor een foto die je hebt verkregen door letterlijk je camera uit het raam te houden en wat in het rond te schieten, vind ik het resultaat eigenlijk nog best leuk 😅

Jonge vossen - en jonge dieren in het algemeen - kennen nog tijdens hun eerste stapjes in de buitenwereld nog geen gevaar en dan krijg je scenario's zoals deze dat ze nog langs de berm staan te kijken van 'hé, wat is dees nou weer?'. Om nu in het topic van de vos te blijven, dan zie je bijvoorbeeld dat oktober de maand is waarin veruit de meeste vossen worden doodgereden dan in andere maanden. Jonge vossen zijn dan op voortplantingstocht en zoeken bijgevolg een eigen territorium. Omdat ze nog onervaren zijn en geen gevaren kennen, vallen ze vaak ten slachtoffer van het verkeer. Deze vos had gelukkig wel change, al was het duidelijk dat dit beest nog niet te goed doorhad dat verkeer dodelijk kan zijn.

Zaterdagochtend

Zaterdagavond

Zondagochtend

Zondagnamiddag


 »